Nederland is een fietsland. We zijn trots (en terecht) op onze infrastructuur van fietspaden. Er zijn zelfs meer fietsen dan inwoners. Je zou zeggen dat Nederland een land zou moeten zijn waar elk fietsenmerk makkelijk zou kunnen bestaan. Toch zien we de laatste tijd veel faillissementen. Hoe zit dat?
Fietsmerken failliet
Het zal je waarschijnlijk niet ontgaan zijn, er zijn de laatste tijd nogal wat bedrijven omgevallen die fietsen maakten en verkochten. Toch wel gek in een fietsland als Nederland.
VanMoof
Dit merk van het lievelingetje van de Amsterdamse grachtengordel. Wil(de) je serieus genomen worden dan reed je op de opvallende VanMoof. De broertjes Taco en Ties Carlier richten samen het bedrijf op omdat ze de perfecte stadsfiets wilden maken.
De investeerders stonden in de rij om geld te pompen in de natte droom van binnen de ring A10. Ruim 200 miljoen aan investeringen ontvingen de broertjes. Ze waren beroemd en gevierd en iedereen liep met ze weg.
Helaas liep iedereen ook weg met de fiets, want deze was vaker stuk dan dat je er daadwerkelijk op kon rijden. Je VanMoof maken kon/kan alleen bij het bedrijf zelf omdat veel van de onderdelen zelf gemaakt werden. Hierdoor waren er lange wachttijden en kregen de berijders ook vaak nog eens een hoge rekening opgestuurd.
De verliezen liepen alleen maar hoger op, iets waar het bedrijf zich geen zorgen over maakten. Toch ging op 2023 de deur op slot en stonden er tientallen mensen op de deuren te bonzen. Zij hadden of een fiets in reparatie of een nieuwe fiets in bestelling. Vooral de laatste groep voelen zich flink gen*** want hoewel het bedrijf is overgenomen geeft de eigenaar het aankoopbedrag niet terug. En dat is zuur wanneer je weet dat een VanMoof enkele duizenden euro’s kost.
QWIC
Het eveneens Amsterdamse QWIC maakt al sinds 2006 fietsen voor onder andere de Nederlandse markt. het bedrijf was er trots op groter te zijn dan VanMoof met 200.000 verkochte fietsen. Toch ging ook dit bedrijf een paar maanden na VanMoof op de fles.
Hierbij was niet de slechte kwaliteit en service het probleem. Het bedrijf had al verschillende uitdagingen door de verzadigde markt voor elektrische fietsen, maar daar kwam een geschil met de fiscus bovenop.
Deze eisten een bedrag van 12 miljoen euro. QWIC produceerde eerst zijn fietsen in China, maar verhuisde deze naar Europa en Taiwan omdat de importheffingen vanuit China omhoog gingen. De fiscus houdt vol dat import vanuit Taiwan ook onder dezelfde hoge heffingen vallen. Hierdoor kregen de eigenaren van QWIC een dikke blauwe envelop op de mat. Deze heffing van 12 miljoen was de nekslag voor het bedrijf.
In het voorjaar van 2025 werd bekend dat er een ‘consortium van investeerders’ het bedrijf heeft overgenomen en dat het een doorstart maakt.
Stella
Misschien is Stella wel de bekendste naam wanneer het gaat om fietsmerken. Het bedrijf startte in 2011 met het maken van elektrische fietsen. We zagen ze veel onder het achterwerk van de pensionado’s.
De fietsen waren niet te koop in de gewone fietsenwinkel, maar alleen op de 50 eigen locaties in Nederland en België. Het idee erachter is duidelijk, maar het is een enorme kostenpost. Het bedrijf kreeg steeds meer last van de competitie in de markt en maakte schulden. Daarbij komt ook nog eens een uitpuilende schuur met fietsen die niet verkocht werden. En voorraad is duur.
Er werden verschillende maatregelen genomen, maar het mocht niet baten. In november 2024 werd het faillissement uitgesproken en gingen de deuren op slot van alle vestigingen. Er is veel belangstelling voor het merk en het zal vrijwel zeker een doorstart maken.
Huyser
Dit merk is veel minder bekend dan de merken die we hierboven vermeld hebben. Huyser was ontstaan in de werkplaats van een fietsverkoper. De fietsen werden ook via andere dealers aangeboden en Huyser werd redelijk succesvol. Je raadt het al, in november 2024 ging hier ook de ketting op de deur.
Dit bedrijf kreeg een aantal klappen te verduren. Er was een vertrekkend lid van het managementteam die alsnog zijn 6 maanden opzeg termijn wilden hebben. Daarnaast had de Chinese leverancier een fittie met bedrijf dat in Europa de fietsen in elkaar zette (assemblage). Daar kon Huyser niets aan doen, maar geen fietsen, geen verkoop en dus geen inkomen.
De markt is veranderd
Corona was een ramp voor de wereld en de gezondheid van zijn bewoners, maar een aantal bedrijven waren er blij mee. De jaren van lockdown en mondkapjes waren een goudmijn voor de producenten van elektrische fietsen. Toen het gewone leven weer begon en de consument zijn geld weer aan andere dingen kon uitgeven gingen de verkopen omlaag.
Daarbij komt ook nog de prijsconcurrentie vanuit Azië. We zien vooral in de categorie van de Fatbikes dat daar tegen zeer lage prijzen fietsen op de markt worden gezet. Diegene die die fiets rijden geven niets om de kwaliteit en hebben het geld niet om een betere, veiligere en legale fiets te kopen.
Conclusie
De faillissementen hebben vaak te maken met tegenvallende verkopen, slecht ondernemerschap en een ruzie met een leverancier of de belastingdienst. Het si wel duidelijk dat de stormloop op (elektrische) fietsen tijdens de Corona achteraf helemaal niet zo goed was voor de markt. Om de vraag aan te kunnen moest er flink geïnvesteerd worden. Investeringen die achteraf niet waar gemaakt konden worden.